Vertaling van uitvegen
						Inhoud:
						
Nederlands
Duits
uitvegen {ww.}
herausfegen
herauskehren
herauskehren
ik zal uitvegen
jij zult uitvegen
hij/zij/het zal uitvegen
ich werde herauskehren
du wirst herauskehren
er/sie/es wird herauskehren
			 					» meer vervoegingen van herauskehren
		 					
uitkrabben, uitvegen, uitvlakken, wegkrabben {ww.}
abschaben
ik zal uitvegen
jij zult uitvegen
hij/zij/het zal uitvegen
ich werde abschaben
du wirst abschaben
er/sie/es wird abschaben
			 					» meer vervoegingen van abschaben
		 					
wissen, uitwissen, uitvegen, wegvegen {ww.}
erledigen
ausrotten
auslöschen
ausrotten
auslöschen
ik zal uitvegen
jij zult uitvegen
hij/zij/het zal uitvegen
ich werde erledigen
du wirst erledigen
er/sie/es wird erledigen
			 					» meer vervoegingen van erledigen