Vertaling van verbrassen
Inhoud:
Nederlands
Duits
verboemelen, verbrassen {ww.}
verjubeln
verprassen
verludern
verprassen
verludern
wij verbrassen
jullie verbrassen
zij verbrassen
wir verjubeln
ihr verjubelt
sie verjubeln
» meer vervoegingen van verjubeln