Vertaling van voorbij
vorbei
vorüber
Voorbeelden in zinsverband
De zomer is voorbij.
Der Sommer ist vorbei.
Drie weken gingen voorbij.
Drei Wochen vergingen.
Vele jaren gingen voorbij.
Viele Jahre gingen vorüber.
De zomer is voorbij.
Der Sommer ist zu Ende.
De zomer is voorbij.
Der Sommer ist vorbei.
De zomer is voorbij.
Der Sommer ist vorbei.
De zomervakantie is voorbij.
Die Sommerferien sind vorbei.
Is het allemaal echt voorbij?
Ist das wirklich alles vorbei?
De oorlog is in wezen voorbij.
Der Krieg ist im Wesentlichen vorbei.
Ze kwam voorbij, zonder mij te zien.
Sie ging vorbei, ohne mich zu sehen.
En weer ging een dag voorbij.
Und wieder ging ein Tag zu Ende.
We denken dat het ergste voorbij is.
Wir denken, dass wir das Schlimmste überstanden haben.
De lente is voorbij en de zomer begint.
Der Frühling ist vergangen und der Sommer beginnt.
Ik bleef mezelf voorhouden dat het allemaal gauw voorbij zou zijn.
Ich sagte mir ständig, dass alles bald vorüber sei.
Er zijn al twee weken voorbij, en ik heb u niet gezien.
Schon zwei Wochen sind vergangen, und ich habe Sie nicht gesehen.