Vertaling van vrachtwagen

Inhoud:

Nederlands
Duits
truck [m], vrachtauto [m], vrachtwagen [m] {zn.}
Lastkraftwagen [m] (der ~)
LKW [m] (der ~)
Lastauto [o] (das ~)
Ik heb een vrachtwagen.
Ich habe einen Lastkraftwagen.
Ik heb een vrachtwagen.
Ich habe einen Lastkraftwagen.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Duits

Ik heb een vrachtwagen.

Ich habe einen Lastkraftwagen.

Ik heb een vrachtwagen.

Ich habe einen Lastkraftwagen.

De auto botste met de vrachtwagen.

Das Auto stieß mit dem LKW zusammen.

Een vrachtwagen heeft de hond aangereden.

Ein Lastwagen hat den Hund angefahren.

De poort was te smal voor de vrachtwagen.

Das Tor war zu eng für den Lastwagen.


Gerelateerd aan vrachtwagen

truck - vrachtauto