Vertaling van Chinees

Inhoud:

Nederlands
Engels
Chinees [m] {zn.}
Chinese
Chinaman
Laten we Chinees bestellen.
Let's order Chinese takeout.
Ik ben Chinees.
I am Chinese.
Chinees {bn.}
Chinese
Chinees [o], Chinese taal {zn.}
Chinese
Chinese language
De kerstman is Chinees.
Santa Claus is Chinese.
Hij studeert Chinees.
He studies Chinese.
Chinees {bn.}
chinese
Chinees [m] (de ~) {zn.}
chinese
Maria verstaat Chinees.
Mary understands Chinese.
Chinees [o] (het ~) {zn.}
chinese


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Laten we Chinees bestellen.

Let's order Chinese takeout.

Ik ben Chinees.

I am Chinese.

De kerstman is Chinees.

Santa Claus is Chinese.

Hij studeert Chinees.

He studies Chinese.

Hij studeert ook Chinees.

He studies Chinese as well.

Maria verstaat Chinees.

Mary understands Chinese.

Audley is een Chinees merk.

Auldey is a Chinese brand.

Zijn zij Japans of Chinees?

Are they Japanese or Chinese?

Ben je Chinees of Japans?

Are you Chinese or Japanese?

Nee, Chinees is het beste.

No, Chinese dishes are the best.

Mijn tante spreekt Chinees alsmede Engels.

My aunt speaks Chinese as well as English.

Mijn leraar Chinees is een man.

My Chinese teacher is a man.

Ik heb Engels, Frans en Chinees gestudeerd.

I studied English, French and Chinese.

Dat was allemaal Chinees voor mij.

That was double-dutch to me.

We studeerden twee jaar lang Chinees.

We studied Chinese for 2 years.


Gerelateerd aan Chinees

Chinese taalstaatsburger - taal