Vertaling van afschepen

Inhoud:

Nederlands
Engels
afschepen, de deur wijzen {ww.}
to send about his business
to put off
afschepen {ww.}
to send about his business
to put off
afschepen {ww.}
to dispatch
to send off
to despatch

ik zal afschepen
jij zult afschepen
hij/zij/het zal afschepen

I will dispatch
you will dispatch
he/she/it will dispatch
» meer vervoegingen van to dispatch



Gerelateerd aan afschepen

de deur wijzenwegbonjouren