Vertaling van betuttelen

Inhoud:

Nederlands
Engels
betuttelen {ww.}
to carp 

wij betuttelen
jullie betuttelen
zij betuttelen

we carp
you carp
they carp
» meer vervoegingen van to carp

betuttelen, bedillen, ringeloren {ww.}
to patronise
to patronize
to condescend

wij betuttelen
jullie betuttelen
zij betuttelen

we patronize
you patronize
they patronize
» meer vervoegingen van to patronize



Gerelateerd aan betuttelen

bedillen - ringelorenbevoogden