Vertaling van kram

Inhoud:

Nederlands
Engels
nietje [o], klinkbout, klinknagel, kram {zn.}
rivet
staple 
klampen, krammen, nieten {ww.}
to staple 
to clamp
to sandwich
to brace

ik kram

I clamp
» meer vervoegingen van to clamp

klinken, krammen, nieten {ww.}
to staple 
to clinch 

ik kram

I clinch
» meer vervoegingen van to clinch

hechtkram, agrafe, wondhaakje, kram [m] (de ~) {zn.}
staple
basic


Gerelateerd aan kram

nietje - klinkbout - klinknagel - klampen - krammen - nieten - klinken - hechtkram - agrafe - wondhaakje