Vertaling van oprakelen

Inhoud:

Nederlands

Engels

oprakelen {ww.}

to rake up

oppoken, oprakelen, poken, porren {ww.}

to stir up
to instigate
to set off
to incite

ik zal oprakelen
jij zult oprakelen
hij/zij/het zal oprakelen

I will instigate
you will instigate
he/she/it will instigate
» meer vervoegingen van to instigate