Vertaling van rachel

Inhoud:

Nederlands
Engels
rachel, rachter, rafter {zn.}
batten
betengelen, rachelen {ww.}
to batten down
to secure
to batten

ik rachel

I secure
» meer vervoegingen van to secure



Gerelateerd aan rachel

rachter - rafter - betengelen - rachelenlat - omsluieren