Vertaling van wonden

Inhoud:

Nederlands
Engels
kwetsen, wonden, verwonden {ww.}
to wound 
to maul
to injure 
to hurt 

wij wonden
jullie wonden
zij wonden

we wound
you wound
they wound
» meer vervoegingen van to wound

Zout in iemands wonden wrijven.
Rub salt in the wound.
spoelen, winden, op een klos winden, opwinden {ww.}
to reel 
to wind 

wij wonden
jullie wonden
zij wonden

we reeled
you reeled
they reeled
» meer vervoegingen van to reel

oprollen, strengelen, wikkelen, winden {ww.}
to wrap 
to wrap round
to wind up 
to wind 
to roll up
to roll 

wij wonden
jullie wonden
zij wonden

we wrapt; wrapped
you wrapt; wrapped
they wrapt; wrapped
» meer vervoegingen van to wrap

blessure [v], verwonding [v], kwetsuur [v], wond (mv. wonden) [v] {zn.}
wound 
lesion
injury 
Ze verzorgde zijn wond.
She took care of his wound.
Het zal de wond verergeren.
It will aggravate the wound.
winden, intapen, inzwachtelen, omzwachtelen {ww.}
to bandage

wij wonden
jullie wonden
zij wonden

we bandaged
you bandaged
they bandaged
» meer vervoegingen van to bandage

winden, strengelen {ww.}
to wrap
to twine
to wind
to roll

wij wonden
jullie wonden
zij wonden

we wrapt; wrapped
you wrapt; wrapped
they wrapt; wrapped
» meer vervoegingen van to wrap

wond [m] (de ~) {zn.}
wound
lesion


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Engels

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.

Soft healers make stinking wounds.

Zout in iemands wonden wrijven.

Rub salt in the wound.

De tijd heelt alle wonden

Time heals all wounds