Vertaling van wou
Voorbeelden in zinsverband
Hij wou rijk zijn.
He wanted to be rich.
De motor wou niet starten.
The engine would not start.
Ik wou het je tonen.
I wanted to show it to you.
Ze wou een rijbewijs halen.
She wants to get a driver's license.
Ik wou dat ik meekon.
I wish I could go.
Ik ging daar omdat ik dat wou.
I went there because I wanted to.
Ik wou dat hij hier was nu.
I wish he were here now.
Ik wou dat dit werk voorbij was.
I wish this job was over.
Ik wou dat ik haar gezien had.
I wish I had seen her.
Ik wou hen mijn waardering tonen.
I wanted to show them my appreciation.
Ik wou dat het ophield met regenen.
I wish it would stop raining.
Ik wou dat je dood was!
I wish you were dead!
Ze wou de vuile kleren wassen.
She wanted to wash the dirty clothes.
Hij zei dat hij mij wou helpen.
He said that he would help me.
Ik wou dat ik kon zwemmen.
I wish I could swim.