Vertaling van aangroeien
						Inhoud:
						
Nederlands
Spaans
groeien, aangroeien, toenemen {ww.}
aumentar
hij/zij/het zal aangroeien
zij zult aangroeien
hij/zij/het zal aangroeien
él/ella aumentará
ellos/ellas aumentarán
él/ella aumentaría
			 					» meer vervoegingen van aumentar