Vertaling van bejagen

Inhoud:

Nederlands
Spaans
jacht maken op, jagen, bejagen {ww.}
cazar

wij bejagen
jullie bejagen
zij bejagen

nosotros cazamos
vosotros cazáis
ellos/ellas cazan
» meer vervoegingen van cazar

Hij houdt van jagen.
Le gusta cazar.


Gerelateerd aan bejagen

jacht maken op - jagen