Vertaling van bejammeren
Inhoud:
Nederlands
Spaans
bejammeren, betreuren, spijt hebben van {ww.}
lamentar
deplorar
deplorar
wij bejammeren
jullie bejammeren
zij bejammeren
nosotros lamentamos
vosotros lamentáis
ellos/ellas lamentan
» meer vervoegingen van lamentar
bejammeren, betreuren, bewenen {ww.}
llorar
deplorar
deplorar
wij bejammeren
jullie bejammeren
zij bejammeren
nosotros lloramos
vosotros lloráis
ellos/ellas lloran
» meer vervoegingen van llorar