Vertaling van gapen
Inhoud:
Nederlands
Spaans
gapen, geeuwen {ww.}
bostezar
wij gapen
jullie gapen
zij gapen
nosotros bostezamos
vosotros bostezáis
ellos/ellas bostezan
» meer vervoegingen van bostezar
dom kijken, gapen, aangapen {ww.}
estar boquiabierto
estar embobado
estar embobado