Vertaling van gehecht
Inhoud:
Nederlands
Spaans
aanhankelijk, gehecht, opofferingsgezind, toegenegen {bn.}
afectuoso
lijmen, hechten, plakken {ww.}
pegar
ik heb gehecht
jij hebt gehecht
hij/zij/het heeft gehecht
yo he pegado
tú has pegado
él/ella ha pegado
» meer vervoegingen van pegar