Vertaling van gevuld

Inhoud:

Nederlands

Spaans

gevuld, rond {bn.}

redondo

gefarceerd, gevuld {bn.}

lleno
relleno

gedempt, gevuld {bn.}

relleno

afsluiten, vullen {ww.}

obturar

ik heb gevuld
jij hebt gevuld
hij/zij/het heeft gevuld

yo he obturado
tú has obturado
él/ella ha obturado
» meer vervoegingen van obturar

dempen, vullen, invullen, spekken, stoppen, volmaken, volschenken {ww.}

llenar

ik heb gevuld
jij hebt gevuld
hij/zij/het heeft gevuld

yo he llenado
tú has llenado
él/ella ha llenado
» meer vervoegingen van llenar

plomberen, vullen {ww.}

empastar dientes
emplomar

ik heb gevuld
jij hebt gevuld
hij/zij/het heeft gevuld

yo he emplomado
tú has emplomado
él/ella ha emplomado
» meer vervoegingen van emplomar

vullen, opvullen, opzetten {ww.}

acolchar
rellenar

ik heb gevuld
jij hebt gevuld
hij/zij/het heeft gevuld

yo he acolchado
tú has acolchado
él/ella ha acolchado
» meer vervoegingen van acolchar

vullen, opvullen {ww.}

mechar
rellenar

ik heb gevuld
jij hebt gevuld
hij/zij/het heeft gevuld

yo he mechado
tú has mechado
él/ella ha mechado
» meer vervoegingen van mechar