Vertaling van herfst

Inhoud:

Nederlands
Spaans
herfst, najaar {zn.}
otoño [m] (el ~)
Ik ga in de herfst naar Spanje.
Voy a España en otoño.
In de herfst worden de bladeren geel.
En otoño las hojas se ponen amarillas.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

In de herfst worden de bladeren geel.

En otoño las hojas se ponen amarillas.

Ik ga in de herfst naar Spanje.

Voy a España en otoño.

De hele berg wordt rood in de herfst.

La montaña se torna completamente de rojo en otoño.

Kioto is op zijn mooist in de herfst.

Kioto es más bonito en otoño.

In de herfst worden deze groene bladeren rood.

Estas hojas verdes se volverán rojas en el otoño.


Gerelateerd aan herfst

najaar