Vertaling van hetzelfde
Voorbeelden in zinsverband
Tom vroeg zich hetzelfde af.
Tom se preguntaba lo mismo.
Zitten we in hetzelfde hotel?
¿Estamos en el mismo hotel?
Tom zou hetzelfde als ik moeten doen.
Tom debería hacer lo mismo que yo.
We glimlachten beiden op bijna hetzelfde moment.
Los dos sonreímos casi al mismo tiempo.
Kijk naar hem en doe hetzelfde.
Obsérvale y repite lo que haga.
Ik heb hetzelfde probleem als gij.
Tengo el mismo problema que tú.
De tweeling ziet er precies hetzelfde uit.
Los gemelos se ven exactamente iguales.
Niet willen is hetzelfde als hebben.
No desear es lo mismo que poseer.
Twee gezinnen leven in hetzelfde huis.
Dos familias viven en la misma casa.
In een gelijkaardige situatie zou ik hetzelfde doen.
Yo haría lo mismo en una situación similar.
Ge kunt hetzelfde om het even waar vinden.
Puedes encontrar lo mismo en cualquier parte.
Als ik jou was, zou ik hetzelfde doen.
Si yo fuera tú, haría lo mismo.
Mijn gedacht is niet hetzelfde als dat van u.
Mi opinión es distinta de la tuya.
Je bent nog net hetzelfde zoals je altijd was.
Sigues siendo el mismo que siempre has sido.
Telkens hij hier komt, bestelt hij hetzelfde gerecht.
Cada vez que él viene aquí, ordena el mismo plato.