Vertaling van manager

Inhoud:

Nederlands
Spaans
manager [m] (de ~), agent [m], dealer [m], vertegenwoordiger {zn.}
representante [m] (el ~)
agente [m] (el ~)
gerant, manager, menner {zn.}
gerente [m] (el ~)
Ze hebben meneer White als manager aangesteld.
Ellos nombraron al señor White como gerente.
Ze hebben meneer White als manager aangesteld.
Ellos nombraron al señor White como gerente.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Spaans

Hij is eigenlijk niet de manager.

En realidad él no es el gerente.

Ze hebben meneer White als manager aangesteld.

Ellos nombraron al señor White como gerente.

Ze hebben meneer White als manager aangesteld.

Ellos nombraron al señor White como gerente.

De manager zei dat het jouw schuld was.

El gerente dijo que era culpa tuya.


Gerelateerd aan manager

agent - dealer - vertegenwoordiger - gerant - menner