Vertaling van schoot

Inhoud:

Nederlands
Spaans
schoot, schootslijn {zn.}
escotín
escota
boezem [m], schoot {zn.}
interior
regazo [m] (el ~)
enfaldo
seno [m] (el ~)
paffen, schieten, vuren {ww.}
disparar
tirar

ik schoot
jij schoot
hij/zij/het schoot

yo disparé
tú disparaste
él/ella disparó
» meer vervoegingen van disparar



Gerelateerd aan schoot

synoniemen

schootslijn - boezem - paffen - schieten - vuren