Vertaling van slokken
						Inhoud:
						
Nederlands
Spaans
slikken, inslikken, doorslikken, slokken {ww.}
deglutir
tragar
tragar
wij slokken
jullie slokken
zij slokken
nosotros deglutimos
vosotros deglutís
ellos/ellas degluten
			 					» meer vervoegingen van deglutir