Vertaling van vandaag
Inhoud:
Nederlands
Spaans
heden, vandaag {bw.}
hoy
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Het is fris vandaag.
Hoy hace fresco.
Moet Tom thuisblijven vandaag?
¿Tiene Tom que quedarse en casa hoy?
Ze komen niet vandaag.
Ellos no van a venir hoy.
Moet Tom thuisblijven vandaag?
¿Tiene que quedarse hoy Tom en casa?
Vandaag is het maandag.
Hoy es lunes.
Vandaag is het maandag.
Es lunes.
Het regent misschien vandaag.
Hoy día podría llover.
Vandaag is het maandag.
Es lunes hoy.
Vandaag is het koud.
Hace frío hoy.
Het is heet vandaag.
Hoy hace calor.
Het is regenachtig vandaag.
Hoy es un día lluvioso.
Heb je vandaag school?
¿Tienes clases hoy?
Helaas regent het vandaag.
Por desgracia, hoy está lloviendo.
Vandaag is het zaterdag.
Hoy es sábado.
Vandaag is Maria treurig.
María está triste hoy.