Vertaling van warmen
						Inhoud:
						
Nederlands
Spaans
verhitten, warmen, verwarmen {ww.}
calentar
wij warmen
jullie warmen
zij warmen
nosotros calentamos
vosotros calentáis
ellos/ellas calientan
			 					» meer vervoegingen van calentar
		 					
wij warmen
jullie warmen
zij warmen
nosotros calentamos
vosotros calentáis
ellos/ellas calientan
			 					» meer vervoegingen van calentar