Vertaling van wond
						Inhoud:
						
Nederlands
Spaans
blessure , verwonding , kwetsuur , wond  {zn.}
herida 
Het zal de wond verergeren.
									Va a empeorar la herida.
								  oprollen, strengelen, wikkelen, winden {ww.}
envolver
bobinar
enrollar
bobinar
enrollar
ik wond
jij wond
hij/zij/het wond
yo envolví
tú envolviste
él/ella envolvió
			 					» meer vervoegingen van envolver
		 					
kwetsen, wonden, verwonden {ww.}
herir
ik wond
yo hiero
			 					» meer vervoegingen van herir
		 					
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Spaans
Ze verzorgde zijn wond.
Le curó las heridas.
Het zal de wond verergeren.
Va a empeorar la herida.
Ze wond zich op over de veiligheid van haar zoon.
Ella se preocupó mucho por la seguridad de su hijo.