Vertaling van bos

Inhoud:

Nederlands
Frans
bos [o], aangelegd bos {zn.}
forêt  [v] (la ~)
In het bos leven wilde dieren.
Des animaux sauvages vivent dans la forêt.
Ze verdween langzaam in het nevelige bos.
Elle disparut lentement dans la forêt brumeuse.
bos [o], woud [o], foreest {zn.}
forêt  [v] (la ~)
bois  [m] (le ~)
Je kan door de bomen het bos niet zien.
C'est l'arbre qui cache la forêt.
Men kan enkele wilde konijnen zien in het bos.
On peut voir des lièvres sauvages dans la forêt.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

In het bos leven wilde dieren.

Des animaux sauvages vivent dans la forêt.

Ze verdween langzaam in het nevelige bos.

Elle disparut lentement dans la forêt brumeuse.

Je kan door de bomen het bos niet zien.

C'est l'arbre qui cache la forêt.

Ik bouwde een huis op een steenworp van het bos.

J'ai érigé une maison à un jet de pierre de la forêt.

Men kan enkele wilde konijnen zien in het bos.

On peut voir des lièvres sauvages dans la forêt.


Gerelateerd aan bos

synoniemen

aangelegd bos - woud - foreest