Vertaling van gaan slapen

Inhoud:

Nederlands
Frans
gaan slapen, naar bed gaan, zich ter ruste begeven {ww.}
se coucher 


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Ik moet gaan slapen.

Je dois aller dormir.

Hoe laat gaat ge gewoonlijk gaan slapen?

À quelle heure vas-tu habituellement te coucher ?


Gerelateerd aan gaan slapen

naar bed gaan - zich ter ruste begeven