Vertaling van instrument

Inhoud:

Nederlands
Frans
middel [o], werktuig [o], stuk gereedschap [o], instrument [o] {zn.}
ustensile  [m] (l' ~)
outil  [m] (l' ~)
produit  [m] (le ~)
instrument  [m] (l' ~)


Gerelateerd aan instrument

middel - werktuig - stuk gereedschap