Vertaling van jij en jou zeggen

Inhoud:

Nederlands
Frans
jij en jou zeggen, tutoyeren {ww.}
tutoyer 
reciteren, opzeggen, voordragen {ww.}
réciter 

wij zeggen op
jullie zeggen op
zij zeggen op

nous récitons
vous récitez
ils/elles récitent
» meer vervoegingen van réciter

herhalen, nazeggen {ww.}
redire 

wij zeggen na
jullie zeggen na
zij zeggen na

nous redisons
vous redites
ils/elles redisent
» meer vervoegingen van redire

herhalen, doornemen, nazeggen {ww.}
répéter 

wij zeggen na
jullie zeggen na
zij zeggen na

nous répétons
vous répétez
ils/elles répètent
» meer vervoegingen van répéter

Kunt u dat herhalen?
Pourriez-vous répéter cela ?
Kunt ge dat herhalen?
Pouvez-vous répéter cela, s'il vous plaît ?


Gerelateerd aan jij en jou zeggen

tutoyeren - reciteren - opzeggen - voordragen - herhalen - nazeggen - doornemen