Vertaling van nummer

Inhoud:

Nederlands
Frans
cijfer [o], nummer {zn.}
chiffre  [m] (le ~)
numero, nummer {zn.}
numéro  [m] (le ~)
Ik heb je nummer niet.
Je n'ai pas ton numéro.
Het nummer van mijn kamer is 5.
Mon numéro de chambre est le 5.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Ik heb je nummer niet.

Je n'ai pas ton numéro.

Het nummer van mijn kamer is 5.

Mon numéro de chambre est le 5.

Welk nummer moet ik bellen in geval van nood?

Quel numéro dois-je appeler en cas d'urgence ?

Tom en Mary wisselden op het feestje hun nummer uit.

Tom et Marie ont échangé leurs numéros de téléphone lors de la fête.

Het nummer is 932 85 47, maar ik weet het kengetal niet.

Le numéro est 932-86-47, mais je ne connais pas l'indicatif régional.


Gerelateerd aan nummer

synoniemen

cijfer - numero