Vertaling van open

Inhoud:

Nederlands
Frans
los, onbelemmerd, onbezet, open, vlot, vrij, vrijgesteld {bn.}
libre 
openen {ww.}
ouvrir 

ik open

j'ouvre
» meer vervoegingen van ouvrir

Ik kan de deur niet openen. Hebt gij de sleutel?
Je n'arrive pas à ouvrir la porte. As-tu la clé ?
opendoen, openen, openmaken {ww.}
ouvrir 

ik open

j'ouvre
» meer vervoegingen van ouvrir

Mag ik het raam opendoen?
Puis-je ouvrir la fenêtre ?
Kan iemand de deur opendoen alsjeblieft?
Quelqu'un pourrait-il ouvrir la porte, s'il vous plait ?


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

Doe je mond open.

Ouvre la bouche !

Doe je ogen open.

Ouvre tes yeux.

Open je hart.

Ouvrez votre cœur !

Hou de deur open.

Garde la porte ouverte.

Open de fles alsjeblieft.

Ouvrez la bouteille, s'il vous plait.

Is de bank open?

La banque est-elle ouverte ?

Doe de deur open alstublieft.

Veuillez ouvrir la porte.

Geld maakt alle deuren open.

L'argent ouvre toutes les portes.

Laat de deur niet open.

Ne laissez pas la porte ouverte.

Laat de deur niet open.

Ne laisse pas la porte ouverte.

Doe de deur niet open.

N'ouvre pas la porte !

Doe het raam open, alstublieft.

Ouvrez la fenêtre s'il vous plait.

Doe je mond wijd open.

Ouvrez grand la bouche.

Ik kus met open ogen.

J'embrasse les yeux ouverts.

De deur gaat niet open.

La porte ne veut pas s'ouvrir.


Gerelateerd aan open

synoniemen

los - onbelemmerd - onbezet - vlot - vrij - vrijgesteld - openen - opendoen - openmaken