Vertaling van uitspreken

Inhoud:

Nederlands
Frans
betuigen, opperen, uitdrukken, uiten, uitspreken, verwoorden {ww.}
représenter 
exprimer 

ik zal uitspreken
jij zult uitspreken
hij/zij/het zal uitspreken

je représenterai
tu représenteras
il/elle représentera
» meer vervoegingen van représenter



Gerelateerd aan uitspreken

betuigen - opperen - uitdrukken - uiten - verwoorden