Vertaling van vaststellen

Inhoud:

Nederlands
Frans
bepalen, bevestigen, fixeren, tuigeren, vastmaken, vaststellen {ww.}
attacher 
fixer 

ik zal vaststellen
jij zult vaststellen
hij/zij/het zal vaststellen

j'attacherai
tu attacheras
il/elle attachera
» meer vervoegingen van attacher

bevinden, constateren, vaststellen {ww.}
constater 

ik zal vaststellen
jij zult vaststellen
hij/zij/het zal vaststellen

je constaterai
tu constateras
il/elle constatera
» meer vervoegingen van constater



Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Frans

We zullen eerst de oorzaak van de ramp vaststellen.

Nous allons tout d'abord établir la cause du désastre.

We zouden enkele basisregels moeten vaststellen voor we eraan beginnen.

Nous devrions établir quelques règles de base avant de commencer.


Gerelateerd aan vaststellen

bepalen - bevestigen - fixeren - tuigeren - vastmaken - bevinden - constateren