Vertaling van visite

Inhoud:

Nederlands
Frans
bezoek [o], visite {zn.}
visite  [v] (la ~)
Ik ben bij Dan op bezoek geweest.
J'ai rendu visite à Dan.
Ik bezoek hem om de twee dagen.
Je lui rends visite chaque deux jours.


Gerelateerd aan visite

bezoek