zijde (mv. zijden) [v] {zn.} côté [m] (le ~)
pan [m] (le ~)
Een kant van een munt wordt 'kop' genoemd, en de andere zijde wordt 'munt' genoemd.
Un côté de la pièce est appelé « face » et l'autre, « pile ».
flank [v], zij [v], kant [m], zijde (mv. zijden) [v], zijkant {zn.} côté [m] (le ~)
flanc [m] (le ~)
Ik sta aan jouw kant.
Je suis de votre côté.
Het gras aan de andere kant van de heuvel is altijd groener.
L'herbe est toujours plus verte de l'autre côté.