Vertaling van opgewonden

Inhoud:

Nederlands
Italiaans
geil, welig, heet, opgewonden {bn.}
arrapato
eccitato sessualmente
nauwer aanhalen, opwinden, spannen, strekken, uitrekken {ww.}
caricare

ik heb opgewonden
jij hebt opgewonden
hij/zij/het heeft opgewonden

io ho caricato
tu hai caricato
lui/lei/Lei ha caricato
» meer vervoegingen van caricare

agiteren, ophitsen, opruien, opstoken, opwinden, schudden {ww.}
rimescolare
agitare

ik heb opgewonden
jij hebt opgewonden
hij/zij/het heeft opgewonden

io ho rimescolato
tu hai rimescolato
lui/lei/Lei ha rimescolato
» meer vervoegingen van rimescolare


Gerelateerd aan opgewonden

geil - welig - heet - nauwer aanhalen - opwinden - spannen - strekken - uitrekken - agiteren - ophitsen - opruien - opstoken - schudden