Vertaling van vlees
Inhoud:
Nederlands
Italiaans
vlees {zn.}
carne
Dit is goed vlees.
Questa è carne buona.
Ik eet geen vlees.
Io non mangio carne.
Voorbeelden in zinsverband
Nederlands
Italiaans
Dit is goed vlees.
Questa è carne buona.
Ik wil geen vlees.
Io non voglio della carne.
Ik eet geen vlees.
Io non mangio carne.
Amerikanen eten veel vlees.
Gli americani mangiano molta carne.
Mary eet geen rood vlees.
Mary non mangia la carne rossa.
Ik heb liever vis dan vlees.
Preferisco il pesce alla carne.
Ze eten een keer per week vlees.
Loro mangiano carne una volta alla settimana.
Zit er vlees in dit eten?
Questo cibo contiene della carne?
De geest is gewillig, maar het vlees is zwak.
Lo spirito è forte ma la carne è debole.