Vertaling van sloot

Inhoud:

Nederlands
Latijn
gracht, greppel, groef, groeve, kuil, sloot {zn.}
fossa
op slot doen, sluiten, afsluiten {ww.}
claudere
dichtdoen, dichtmaken, sluiten, toedoen {ww.}
claudere


Gerelateerd aan sloot

synoniemen

gracht - greppel - groef - groeve - kuil - op slot doen - sluiten - afsluiten - dichtdoen - dichtmaken - toedoen