Vertaling van twinkelen
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
twinkelen, pinkelen {ww.}
twinkelen
pinkelen {ww.}
pinkelen {ww.}
ik pinkel
jij pinkelt
hij/zij/het pinkelt
ik pinkel
jij pinkelt
hij/zij/het pinkelt
» meer vervoegingen van pinkelen
lichten, twinkelen, flonkeren, flikkeren {ww.}
lichten
twinkelen
flonkeren
flikkeren {ww.}
twinkelen
flonkeren
flikkeren {ww.}
ik flikker
jij flikkert
hij/zij/het flikkert
ik licht
jij licht
hij/zij/het licht
» meer vervoegingen van lichten
Plots gingen de lichten uit.
Plots gingen de lichten uit.
We konden de lichten van de stad in de verte zien.
We konden de lichten van de stad in de verte zien.
fonkelen, twinkelen, flikkeren {ww.}
fonkelen
twinkelen
flikkeren {ww.}
twinkelen
flikkeren {ww.}
ik flikker
jij flikkert
hij/zij/het flikkert
ik flikker
jij flikkert
hij/zij/het flikkert
» meer vervoegingen van flikkeren