Vertaling van vloeken
Inhoud:
Nederlands
Nederlands
vloeken, in conflict zijn {ww.}
vloeken
in conflict zijn {ww.}
in conflict zijn {ww.}
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
» meer vervoegingen van vloeken
vloeken {ww.}
vloeken {ww.}
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
» meer vervoegingen van vloeken
vloeken {ww.}
vloeken {ww.}
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
ik vloek
jij vloekt
hij/zij/het vloekt
» meer vervoegingen van vloeken
blasfemeren, godslasteren, ketteren, vloeken, godlasteren {ww.}
blasfemeren
godslasteren
ketteren
vloeken
godlasteren {ww.}
godslasteren
ketteren
vloeken
godlasteren {ww.}
ik blasfemeer
jij blasfemeert
hij/zij/het blasfemeert
ik blasfemeer
jij blasfemeert
hij/zij/het blasfemeert
» meer vervoegingen van blasfemeren
vloek (mv. vloeken), verwensing , vervloeking , doem {zn.}
vloek (mv. vloeken)
verwensing
vervloeking
doem {zn.}
verwensing
vervloeking
doem {zn.}
Het is een vloek.
Het is een vloek.
Het is een vloek.
Het is een vloek.
krachtterm, vloek (mv. vloeken) {zn.}
krachtterm
vloek (mv. vloeken) {zn.}
vloek (mv. vloeken) {zn.}
godslastering , vloek (mv. vloeken), blasfemie {zn.}
godslastering
vloek (mv. vloeken)
blasfemie {zn.}
vloek (mv. vloeken)
blasfemie {zn.}
ketteren, vloeken {ww.}
ketteren
vloeken {ww.}
vloeken {ww.}
ik ketter
jij kettert
hij/zij/het kettert
ik ketter
jij kettert
hij/zij/het kettert
» meer vervoegingen van ketteren
vloek , vervloeking , maledictie, doem , anathema {zn.}
vloek
vervloeking
maledictie
doem
anathema {zn.}
vervloeking
maledictie
doem
anathema {zn.}
vloek , vervloeking , verwensing , krachtterm , godslastering {zn.}
vloek
vervloeking
verwensing
krachtterm
godslastering {zn.}
vervloeking
verwensing
krachtterm
godslastering {zn.}
vloek (mv. vloeken) {zn.}
vloek (mv. vloeken) {zn.}