Vertaling van Londen

Inhoud:

Nederlands
Portugees
Londen
Londres


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Ben ik in Londen?

Eu estou em Londres?

Ik wil naar Londen gaan.

Quero ir para Londres.

Londen werd verscheidene keren gebombardeerd.

Londres foi várias vezes bombardeada.

Er zijn veel parken in Londen.

Há muitos parques em Londres.

Bell woonde vroeger in Londen, of niet?

O Bell morava em Londres, né?

De trein kwam aan in Londen.

O trem chegou em Londres.

Ik heb haar leren kennen in Londen.

Eu a conheci em Londres.

Er zijn veel parken in Londen.

Há muitos parques em Londres.

Ik heb een zoon en een dochter. De ene is in New York, en de andere in Londen.

Eu tenho um filho e uma filha. Ele está em Nova York e ela em Londres.