Vertaling van dank

Inhoud:

Nederlands
Portugees
dank [m], dankzegging [v] {zn.}
gratidão
agradecimento
danken, bedanken, dank betuigen, te danken hebben {ww.}
agradecer
render graças a
dever
Ik kan hem niet genoeg bedanken.
Não posso lhe agradecer o suficiente.
Allereerst wil ik u bedanken voor de gastvrijheid.
Primeiramente, gostaria de agradecer a todos pela hospitalidade.


Voorbeelden in zinsverband

Nederlands
Portugees

Dank je wel!

Obrigada!

Nee, dank u.

Não, obrigada.

Nee, dank u.

Não, obrigada.

Dank je wel!

Obrigada!

Ik ben in orde, dank je.

Eu estou bem, obrigado.

Dank u, met mij gaat het goed.

Obrigado. Eu estou bem.

Goed, dank u. En met u?

Bem, obrigado. E tu?

"Kan ik u helpen? '"Nee, dank u wel. Ik kijk gewoon rond."

"Posso ajudá-la?" "Não, obrigada. Só estou olhando."


Gerelateerd aan dank

dankzegging - danken - bedanken - dank betuigen - te danken hebben