Vertaling van trekken

Inhoud:

Nederlands
Portugees
trekken {ww.}
puxar
tirar
sacar
trekken, een streep trekken {ww.}
traçar
tracejar
riscar
aanhalen, trekken, aantrekken {ww.}
atrair
aftrekken, laten trekken, zetten, trekken {ww.}
colocar em infusão
infundir
boegseren, slepen, trekken, voorttrekken {ww.}
levar de rastos
puxar
arrastar
trasseren, trekken {ww.}
sacar
tekenen, aftekenen, trekken, uittekenen {ww.}
desenhar
traçar
descrever
ontlokken, tappen, trekken, te voorschijn trekken, uithalen {ww.}
tirar fora
hinken, kreupel lopen, mank lopen, slecht functioneren, trekken {ww.}
capengar
coxear

wij trekken

rondreizen, trekken, rondtrekken, zwerven {ww.}
correr terras
transmigrar

wij trekken