Vertaling van springen

Inhoud:

Nederlands
Zweeds
springen {ww.}
skutta
hoppa
exploderen, losbarsten, ontploffen, springen, uitbarsten {ww.}
explodera
barsten, openbarsten, scheuren, springen, bersten, openbersten {ww.}
rämna


Gerelateerd aan springen

exploderen - losbarsten - ontploffen - uitbarsten - barsten - openbarsten - scheuren - bersten - openbersten