Vertaling van avião

Inhoud:

Portugees
Nederlands
avião {zn.}
vliegtuig 
toestel
vliegmachine [v]
Vi um avião.
Ik zag een vliegtuig.
Vi um avião.
Ik zag een vliegtuig.
avião {zn.}
luchtschip


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Vi um avião.

Ik zag een vliegtuig.

Vi um avião.

Ik zag een vliegtuig.

Ainda nunca entrei num avião.

Ik heb nog nooit op een vliegtuig gezeten.

Pergunte-lhe quando sai o próximo avião.

Vraag hem wanneer het volgende vliegtuig gaat.

Nosso avião estava voando acima das nuvens.

Ons vliegtuig vloog boven de wolken.


Gerelateerd aan avião