Vertaling van conduzir

Inhoud:

Portugees
Nederlands
conduzir, guiar, levar {ww.}
leiden
voeren 
geleiden
brengen 
besturen 
Muito estresse pode levar à doença física.
Teveel stress kan tot een handicap leiden.
conduzir, dirigir, guiar {ww.}
rondleiden
leiden
geleiden
de weg wijzen
conduzir, transportar {ww.}
rijden
vervoeren
chaufferen
conduzir, dirigir, guiar {ww.}
sturen
besturen 


Gerelateerd aan conduzir

guiar - levar - dirigir - transportar