Vertaling van contar

Inhoud:

Portugees
Nederlands
contar, descrever, narrar {ww.}
vertellen 
verhalen
debiteren
Se você fez algo de errado, é melhor me contar.
Je kunt het me maar beter vertellen als je iets fout hebt gedaan.


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Ele não pode contar.

Hij kan niet tellen.

Pode contar com ele.

Op hem kan je rekenen.

Pode-se contar com ele.

Op hem kan gerekend worden.

Meu filho já sabe contar até cem.

Mijn zoon kan al tot honderd tellen.

Ele é um homem com o qual você pode contar.

Dat is iemand op wie je kan vertrouwen.

Eu vou contar até três e então vou atirar!

Ik tel tot drie, en dan vuur ik!

Se você fez algo de errado, é melhor me contar.

Je kunt het me maar beter vertellen als je iets fout hebt gedaan.

Você conseguia contar até dez quando você tinha dois anos.

Wanneer je twee jaar oud was kon je al tot tien tellen.

Eu decidi contar a ela que o amo.

Ik heb besloten haar te zeggen dat ik van hem hou.

Eu não posso contar a ela agora. Não é mais tão simples.

Ik kan haar dat nu niet zeggen. Dat is niet zo eenvoudig meer.

Ele adora seu cabelo, seu sorriso, seus olhos? Eta! Ele é bom para caramba em contar mentira!

Hij houdt van haar haar, haar glimlach, haar ogen? Wow, hij kan verdomd goed liegen!


Gerelateerd aan contar

descrever - narrar