Vertaling van menino

Inhoud:

Portugees
Nederlands
menino, rapaz {zn.}
jongen  [m]
knul
knaap [m]
Sou menino.
Ik ben een jongen.
Aquele menino é muito esperto.
Die jongen is erg slim.


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Sou menino.

Ik ben een jongen.

O menino tem um jornal.

De jongen heeft een krant.

O menino compra um cachorro.

De jongen koopt een hond.

Aquele menino é muito esperto.

Die jongen is erg slim.

Você conhece aquele menino que está chorando?

Ken je dat jongetje dat aan het huilen is?

Ele não é mais um menino.

Hij is geen jongen meer.

Este menino tem um corpo forte e saudável.

Deze jongen heeft een sterk, gezond lichaam.

O menino calçou seus tênis esportivos e correu para fora.

De jongen deed zijn sportschoenen aan en liep naar buiten.

Aquele é o menino que eu vi ontem.

Dat is het jongetje, dat ik gisteren heb gezien.


Gerelateerd aan menino

rapaz