Vertaling van rei

Inhoud:

Portugees
Nederlands
rei {zn.}
koning 
staatshoofd
vorst
Foi um bom rei.
Hij was een goede koning.
Quando crescer, quero ser rei.
Als ik later groot ben, wil ik koning worden.


Voorbeelden in zinsverband

Portugees
Nederlands

Foi um bom rei.

Hij was een goede koning.

Quando crescer, quero ser rei.

Als ik later groot ben, wil ik koning worden.

O rei abusava de seu poder.

De koning maakte misbruik van zijn macht.

Príncipe Charles será o próximo rei da Inglaterra.

Prins Charles zal de volgende koning van Engeland zijn.